“Ik zou willen beginnen met een vraag. Wie van u zou zich enkele jaren terug hebben kunnen voorstellen dat de grote distributieketens de ruimtes die ze niet gebruikten, zoals daken, zouden aanwenden om zelf het voedsel te produceren dat hun klanten, slechts enkele verdiepingen lager, kopen om op te eten?
Geef toe dat zelfs de meest visionaire geesten zo’n evolutie niet hadden zien aankomen. En toch is de stadslandbouw, de kanslandbouw zoals ik ze noem, vandaag een knappe werkelijkheid in Brussel!
Ik zou Delhaize willen feliciteren met deze bewustwording en dit initiatief, waarbij op het dak van een supermarkt lokaal wordt geproduceerd om op die manier de ecologische voetafdruk van de winkel te verkleinen. In Brussel is voeding verantwoordelijk voor ¼ van de milieu-impact van de gezinnen.
Het ontwikkelen van gezonde, kwaliteitsvolle voedingspatronen gebaseerd op korte ketens is een van de uitdagingen van het Brussels Gewest. Daarom hebben wij in januari jongstleden samen met de regering een good food-strategie opgestart. Dat is een meerjarenplan met daarin een honderdtal heel concrete maatregelen voor een duurzamer voedingssysteem dat het milieu beter respecteert.
Ik ga hier niet uitweiden over de details, maar één van de hoofdlijnen is de strijd tegen voedselverspilling. En ik weet dat Delhaize hier ook actief mee bezig is. Een ander belangrijk punt is de uitbreiding van de lokale productie en het lokaal aanbod. We moeten zelf kunnen produceren wat we vaak van ver, van te ver laten verschepen. Onze doelstelling: ervoor zorgen dat 30% van de fruit- en groenten die door de Brusselaars worden geconsumeerd tegen 2035 ook in het Brussels Gewest geproduceerd worden. Als Delhaize verdergaat met het inrichten van moestuinen bovenop elke winkel en als de rest van de sector haar voorbeeld volgt, kunnen we die doelstelling misschien zelfs vroeger halen.
Dames en heren,
Ik zeg dit niet om te lachen, stadslandbouw is geen utopie meer. Zo’n 800 miljoen mensen over heel de wereld zijn vandaag namelijk bij dit fenomeen betrokken. Daarom biedt deze vorm van landbouw, zoals ik daarnet reeds zei, kansen.
In de eerste plaats kansen voor het milieu, namelijk door de verbetering van de luchtkwaliteit dankzij de planten, die stikstofdioxide opnemen en deze terug uitstoten in de vorm van zuurstof. Daarnaast zorgen stadstuinen ook voor een hogere vochtigheidsgraad en verlagen ze de omgevingstemperatuur door verdamping. Dit is het principe van de verfrissingseilanden tijdens hittegolven.
Ik denk ook aan de invloed op de biodiversiteit dankzij de vele vogels en insecten die deze moestuinen aantrekken.
Op sociaal vlak biedt dit project ook kansen. Zoals de CEO van Delhaize reeds zei, hanteert de keten immers een inclusieve aanpak die open staat voor de wijk zij die de wijk maken, haar bewoners.
In een tijd waarin sommige bedrijven vanuit een ivoren toren belissingen nemen en mensen ontslaan zonder rekening te houden met het sociaal weefsel van de omgeving is dit een uitgelezen kans om economische vereisten te verzoenen met een kwaliteitsvol leven voor de burgers. Aan de stad van morgen met alle actoren samen gebouwd worden: ondernemingen, verenigingen, scholen. Ik ben erg verheugd om te horen dat u van deze moestuin een versterker van het sociaal weefsel, een instrument voor sensibilisering en vorming rond leefmilieu wil maken, en dit ten dienste van de Brusselaars.
Ik wens u dan ook veel succes met dit project.