Het Gewestelijk Programma voor Circulaire Economie (GPCE), dat in maart 2016 van start is gegaan, heeft op 30 november laatstleden de “Regional Innovation Award” gekregen. Door deze onderscheiding komt Brussel aan de Europese top te staan op het vlak van circulaire economie.
De prijs voor regionale innovatie, in het leven geroepen door de Vergadering van de Europese Regio’s (VER), onderscheidt de Europese regionale overheden en hun partners voor het stimuleren, bevorderen en toepassen van innovatie. De organisatoren hebben voor de editie 2016 gekozen om initiatieven onder de aandacht te brengen die de opkomst van de circulaire economie bevorderen. Deze prijs heeft een symbolische waarde en draagt sterk bij tot het imago en de visibiliteit van de regio’s die hem ontvangen. De beste praktijken worden aangemoedigd en de prijs toont hoe de regio’s kunnen bijdragen tot hun economisch welzijn.
Ons gewest heeft de koe bij de horens gevat door op 10 maart laatsteleden het Gewestelijk Programma voor Circulaire Economie (GPCE) en diens 111 maatregelen goed te keuren. Die moeten Brussel en de Brusselaars de middelen geven om sneller van een model van “ontginnen-produceren-verbruiken-weggooien” te kunnen overstappen op een model van “recupereren-produceren-gebruiken-hergebruiken”. Een circulaire economisch model streeft ernaar om de verspilling van de grondstoffen bij de bron drastisch te doen dalen en hierbij de milieu-impact te verminderen en het welzijn verder te verbeteren. In de mate van het mogelijke ontwikkelt ze zich op lokaal niveau door waardenketens tot stand te brengen die moeilijk gedelokaliseerd kunnen worden.
Het Brussels programma voor circulaire economie kon zich onderscheiden door zijn sterk mobiliserend karakter. Er zijn namelijk een heel aantal actoren bij het plan betrokken: drie ministers, 15 administraties, de bedrijven, de gemeenten, de verenigingen en uiteraard een heel aantal Brusselaars. Het is door dit overkoepelende karakter dat Brussel zich van de andere finalisten wist te onderscheiden.
Volgens de minister van Leefmilieu, Céline Fremault, is “(…) het krijgen van deze Europese prijs een eer voor Brussel en voor iedereen die zich elke dag inzet om dit programma voor circulaire economie, dat ten gunste staat van de bewoners en hun leefomgeving, te verwezenlijken. Dit sterkt me in de idee dat we de goede richting uitgaan. De transitie is ingezet. ”
“Onze maatschappij is in volle verandering“, stelt Didier Gosuin, minister voor Economie, Werkgelegenheid en Beroepsopleiding. “Het is tijd dat we deze kans benutten en nieuwe economische modellen ontwikkelen. Dat is wat we met het GPCE doen. Volgende week stellen we samen met minister Fremault de projecten die in het kader van de projectoproep be.circular zijn geselecteerd voor aan de Regering. Meer dan 85 kandidaten hebben deze oproep beantwoord. Dat is een belangrijk signaal. De Brusselse KMO’s beginnen echt rond dit thema te werken. We moeten de economische spelers blijven aanmoedigen om hun projecten rond circulaire economie tot ontwikkeling te brengen “, voegt hij daaraan toe.
Fadila Laanan, Staatssecretaris bevoegd voor Openbare Netheid en Wetenschappelijk Onderzoek, licht toe: “Het GPCE heeft als taak om het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op de kaart te zetten als een bijzonder innovatieve Europese regio, voortrekker op het vlak van openbaar beleid ter ondersteuning van de ontwikkeling van de circulaire economie, vanuit een voluntaristische benadering met betrekking tot het efficiënt beheer van de Hulpbronnen die deze regio rijk is. ” Bovendien “(…) kan het Agentschap Net Brussel dankzij het GPCE vanuit een andere, bredere logica beginnen te werken. Het Agentschap is met zijn Recy-K-centrum en zijn geselecteerde inzamelingen namelijk een belangrijke speler geworden in Brussel “, besluit Fadila Laanan.