Op voorstel van de minister van Leefmilieu Céline Fremault, heeft de Brusselse Regering op 14 juli 2016, zoals ze dat deed in april voor glyfosaat, het verbod op het gebruik in Brussel van pesticiden die neonicotinoïden of fipronil bevatten, bekrachtigd.
Neonicotinoïden behoren tot een familie van insecticiden die in de jaren ’90 op de markt gebracht zijn en die een kleine tiental moleculen bevatten waaronder 5 die in Europa toegelaten zijn. Fipronil van zijn kant, is een molecule die over het algemeen met neonicotinoïden gelijkgeschakeld wordt en die als pesticide als zogenaamde “bijenkiller” gekend is.
De actieve stoffen van deze pesticiden die voornamelijk in de land- en tuinbouw gebruikt worden, zijn systemisch, dit wil zeggen dat ze zodra ze in contact met de plant gekomen zijn, in de hele plant rondgaan. Ze bevinden zich in de bladeren, wortels, fruit of zaadjes die gegeten worden, maar ook in de pollen en de nectar die de bestuivende insecten inzamelen. We vinden ze ook terug in de planten in de omgeving die het slachtoffer van besmetting zijn. Deze neurotoxische insecticiden werken, op de manier zoals nicotine, in op het centraal zenuwstelsel van de insecten. Verschillende wetenschappelijke studies hebben de onrechtstreekse toxiciteit van deze insecticiden voor de bijen en hommels aan het licht gebracht, doordat ze de prestaties van de kolonies ondermijnen, het inzamelen en broeden verzwakken en hun kwetsbaarheid voor ziekten, parasieten en andere pesticiden doen toenemen.
Heel wat imkers hebben al zeer vroeg deze moleculen verantwoordelijk gesteld om de bijenverdwijnziekte binnen de bijenkolonies (of CCD – Colony Collapse Disorder) te verklaren. De verliezen binnen de kolonies in België behoren tot de hoogste in Europa. Naast de bijen en hommels die heel erg aangetast zijn, berokkenen deze systemische pesticiden ook ernstige schade aan vlinders, insecteneters (vogels, muizen, mollen, veldmuizen, vleermuizen, ….) en vruchtbaarmakende stoffen zoals regenwormen.
Er rijzen nog heel wat vragen over hun effecten op de menselijke gezondheid, vooral wat betreft hun mogelijke gevolgen voor het zenuwstelsel dat in ontwikkeling is bij de foetus en het jonge kind. Op Europees niveau stelde de Europese Autoriteit voor de voedselveiligheid vier problematische moleculen voor de bijen vast die een moratorium verantwoorden: 3 neonicotinoïden (clothianidine, imidacloprid en thiamethoxam), alsook fipronil. De Europese Commissie heeft daarom het gebruik van deze 4 moleculen in sterke mate aan banden gelegd. Hierbij kunnen we bijvoorbeeld wijzen op het verbod voor verstuiving gedurende de bloeiperiode.
In het licht van deze waarnemingen is het aangewezen om het voorzorgsbeginsel te overwegen waardoor de gemeenschapsinstellingen beschermingsmaatregelen in het belang van de gezondheid voor de mens, ondanks de nog onvolledige wetenschappelijke basis, kunnen treffen.
“Wegens de risico’s die ze voor de menselijke gezondheid, maar ook voor de fauna en flora en vooral voor de bestuivende insecten teweegbrengen, heeft de Brusselse Regering het voorzorgsbeginsel zeer serieus genomen door het gebruik van neonicotinoïden en van fipronil op het hele Brusselse grondgebied te verbieden. ” zo verklaarde de minister van Leefmilieu, Celine Fremault, drie maanden nadat ze de beslissing genomen heeft om het zeer omstreden glyfosaat van het Brusselse grondgebied te bannen.